“Men is altijd een zoon van zijn werken.”
“Cada uno es hijo de sus obras.”
― MIGUEL DE CERVANTÈS in Spaans MIGUEL DE CERVANTES SAAVEDRA
(Alcalá de Henares 1547 – Madrid 1616)
Don Quichotte, I, 4
Jeff Koons (°1955) begon in 1985 met het tentoonstellen van elegante minimalistische arrangementen van consumptiegoederen in een kleine onafhankelijke galerie met Peter Halley, Meyer Vaisman en Ashley Bickerton. Binnen een jaar was hij uitgegroeid tot een eersteklas etablissement in SoHo. New Hoover is typerend voor deze vroege sculpturen door zijn heldere, gerasterde compositie en zijn bereidheid om de nieuwe materialen te laten hechten aan de commerciële producten waarvoor ze bedoeld waren.
Aan het einde van de 19e eeuw was de rol van de kunst in de samenleving een belangrijk vraagstuk. John Ruskin, de invloedrijkste kunstcriticus van Groot-Brittannië, geloofde dat kunst de maatschappij kon verbeteren. Voor hem werd dit vooral bereikt door het vermogen van een kunstwerk om de natuur getrouw weer te geven. Voor Ruskin was de ontmoeting met de natuur in haar zuiverheid en grootsheid de aanschouwing van het goddelijke.
James McNeill Whistler had een heel andere opvatting over het doel van kunst. Whistler, die de doctrine van “kunst om de kunst” aanhing, geloofde dat ware kunst geen maatschappelijk nut had. Aanhangers van de leer van de kunst omwille van de kunst stonden wantrouwig tegenover het maatschappelijk nut, zelfs minachtend, omdat zij meenden dat het nut van een werk dreigde af te leiden van het zuiver esthetische doel ervan.
“Kunst,” verklaarde Whistler, “is dwaas verward met onderwijs.” Voor de voorstanders van Kunst om de Kunst was schoonheid gewoon de maatstaf van het vermogen van een werk om een aangename esthetische sensatie op te wekken.
Gemakkelijker dan het definiëren van eenkunstwerk, is het mogelijk vele voorbeelden te geven.
Onder de kunstwerken in de ruimst mogelijke zin kunnen wij, zonder enige pretentie van volledigheid, de volgende voorwerpen noemen:
- Schilderijen, gravures, platen, tekeningen en prenten;
- Sculpturen, Antiek ;
- Meubels, antiek, modern of hedendaags, design objecten;
- Meesterwerken;
- Miniaturen;
- Zilverwerk, Keramiek, Porselein, Glaswerk;
- Bibliofilie, bibliotheken, manuscripten, incunabelen, atlassen, heraldiek, brieven, toewijdingen, menu’s, strips, originele platen;
- Plannen, schetsen, recepten, muziekpartituren;
- Historische, familie-, bedrijfs-, productie-, beroemdheids- of artiestenmemorabilia en archieven, architecten, enz;
- Correspondentie en brieven uit dezelfde bron als hierboven;
- Gemmologie;
- Juwelen;
- Kostuums, kleding (haute couture en/of historisch), uniformen, schoenen ;
- Numismatiek;
- Postzegels verzamelen;
- Muziekinstrumenten;
- Auto’s, vliegtuigen, boten en andere vervoermiddelen zoals motorfietsen, fietsen, paardenkoetsen, tuigen;
- Wetenschappelijke voorwerpen, kaarten van de wereld, farmacie, scheikunde, enz;
- Wapens, uniformen en militaria;
- Cynégétique;
- Speelgoed en antieke poppen, rammelaars, poppen;
- Wijn en alcohol, flessen en flacons;
- Conceptuele kunst, video’s;
- enz.
Hier worden twee manieren voorgesteld om het kunstwerk te benaderen:

Fountain, door Marcel Duchamp, 1917
- Het eerste is het werk van meesterschap dat de verwezenlijking ervan vereist en het tweede is de steeds vernieuwde schepping die de kunstenaar pleegt te volbrengen. Meesterschap wordt vooral gevonden in kunsten zoals juwelen, tekenen, schilderen, beeldhouwen en houtbewerking. Deze kunstwerken vereisen beheersing van een bepaalde techniek en hun zeldzaamheid hangt rechtstreeks samen met het feit dat zij moeilijk te vervaardigen zijn.
- Anderzijds kan het kunstwerk vanuit een heel andere invalshoek worden benaderd, namelijk die van de schepping, het concept en de nieuwheid. Deze werken spelen heel vaak op de grens van de voorgestelde definitie van het kunstwerk en gebruiken deze grens als materiaal om nieuwigheid te creëren. Een bekend voorbeeld, dat indertijd veel mensen schokte, is de Fontein van Marcel Duchamp, uit de tijd van de confectie.
Bron: Erfgoed en kunstwerken 19/09/2016 – Matthieu FAIN – Advocaat, page18.
“Als we het voorbeeld nemen van een seriewerk, dan is het unieke ervan te vinden in zijn aantal, maar ook in het feit dat de serie de reproduceerbaarheid van een kunstwerk beperkt. Het serie-voorwerp wordt beschouwd als een serie die op een bepaald tijdstip in een bepaald aantal exemplaren is vervaardigd. Deze uniciteit is echter niet zonder meer uniek op zich, anders zouden alle voorwerpen aanspraak kunnen maken op het kunstwerk; de uniciteit van een kunstwerk heeft een betekenis. Deze betekenis is de getuigenis van iets en deze waarde van getuigenis is terug te vinden in alle kunstwerken, hoe uiteenlopend ze ook mogen zijn” Matthieu FAIN ibid. vat naar onze mening dus perfect het bij uitstek artistieke karakter van een reeks kunstwerken in het geval van NFT’s samen.