Bent u een professionele handelaar of een kunsthandelaar? Of een “bitcoin miner”, d.w.z. je keurt elektronisch transacties goed en verwerkt ze in ruil voor bitcoins?
De herhaling of de intensiteit van de verrichtingen kunnen leiden tot belastingheffing hetzij als diverse inkomsten (zie punt 1.1.3. hierboven) hetzij als beroepsinkomsten. of rechtstreeks als beroepsinkomen.
Deze variëren tussen 25 en 50% (exclusief gemeentebelastingen):
25% voor de inkomensschijf van 0,01 euro tot 13.540 euro (geïndexeerd bedrag);
40% voor de schijf van 13.540 euro (geïndexeerd bedrag) tot 23.900 euro (geïndexeerd bedrag);
45% voor de schijf van 23.900 euro (geïndexeerd bedrag) tot 41.360 euro (geïndexeerd bedrag);
50% voor de schijf boven 41.360 euro (geïndexeerd bedrag).
Zo kan het gebruik van de diensten van beroepsbeoefenaars uit de kunstsector (veilinghuizen, kunstgalerijen, antiquairs, enz.), alsmede het opzetten van een organisatie die de verkoop onder de beste voorwaarden bevordert (reclame, enz.), worden beschouwd als verraad aan speculatieve bedoelingen of beroepsorganisatie.
Als u wordt beschouwd als een professionele handelaar of “kunsthandelaar”, is het ook belangrijk dat u voldoet aan de verplichtingen van de zelfstandige. U moet zich inschrijven bij een socialeverzekeringsfonds en sociale premies betalen. Sociale zekerheidsbijdragen 2021 HIER.
Lees: Moet u winst op uw bitcoins aangeven?
Er zij op gewezen dat de aangifte van kunstinkomsten als beroepsinkomsten ook het recht op aftrek van beroepskosten geeft:
“§2. Docent beeldhouwkunst en beeldhouwer: definitie van beroepsactiviteit en gemeenschappelijke uitgaven. De belastingplichtige verklaarde dat hij twee activiteiten uitoefende, namelijk die van leraar beeldhouwen en die van beeldhouwer. Hij heeft dus de beroepskosten afgetrokken die soms gemeenschappelijk zijn voor zijn twee activiteiten. De administratie betwist deze aftrek met het argument dat de activiteit van de beeldhouwer slechts een hobby is.
Het Hof herinnert eraan dat een beroepsactiviteit een geheel van verrichtingen vereist die voldoende frequent zijn en voldoende nauw met elkaar verbonden zijn om van een permanente en gewone beroepsactiviteit te kunnen spreken. Het maakt niet uit dat er maar één standbeeld verkocht is.
De beoordeling moet betrekking hebben op alle door de kunstenaar verrichte handelingen die verband houden met de vervaardiging en de verkoop van zijn werken, maar ook, zoals in dit geval, met de presentatie daarvan aan het publiek door middel van tentoonstellingen, de deelneming aan wedstrijden, die de bekendheid van de kunstenaar vergroten, en de voorbereiding van projecten met het oog op eventuele opdrachten. Het Hof erkent het verband tussen de activiteit van beeldhouwer en die van leraar. Het Hof oordeelde ook dat het ontbreken van inschrijving in het handelsregister en van aansluiting bij een socialeverzekeringsfonds voor zelfstandigen niet wees op het niet-beroepsmatige karakter van de artistieke activiteit. Zij concludeert dat de inkomsten uit deze activiteit het karakter van beroepsinkomsten hebben.