Het belastingtarief verschilt naargelang de belegging wordt gedaan in het kader van het normale beheer van een privévermogen, een speculatieve belegging of een beroepsinkomen.
De grens tussen “normaal” particulier vermogensbeheer en “speculatieve” beleggingen is een feitenkwestie. In de jurisprudentie wordt doorgaans gekeken naar de vraag of de investeerder gebruik maakt van professionele deskundigheid, het aantal transacties en de frequentie daarvan. Het is aan de belastingdienst om te bewijzen dat de investering speculatief is.
Wij bieden u onze eigen online vragenlijst aan om een gratis eerste advies te krijgen over de mogelijke belasting van uw NFT-inkomsten.
Het onderscheid tussen de 3 belastingplichtigen is hier duidelijk:
- De makers van NFT die wederverkoper zijn (1e bijdrager) EN
- NFT’s kopers/detailhandelaren
zijn onderworpen aan dezelfde regels voor belastingheffing krachtens de personenbelasting (PIT).
Als 2e belastingplichtige zijn de platforms onderworpen aan de vennootschapsbelasting, zoals hieronder uiteengezet.
De NFT-schepper (1e belastingplichtige)ontvangt twee belangrijke bronnen van inkomsten:
- Opbrengst van de verkoop van de NFT; en
- Opbrengsten uit latere – en theoretisch onbeperkte – wederverkopen volgens de wil of de voorwaarden van de handelsplatforms.
Evenzo zullen de derde-belastingbetalers of kopers en wederverkopers van NFT een veelvoud van (weder)verkoopopbrengstenontvangen.
Wij hebben geen informatie over de gevolgen voor de Belgische fiscus van deze veelheid van (weder)verkopen volgens de onderstaande verwoording (normaal beheer van privé-vermogen/diversen/beroepsinkomsten).
Is zij van mening dat, aangezien zij voortvloeien uit een “slim contract” en nieuwe technologieën die geen positieve handeling van de belastingbetaler vereisen, deze meerwaarden na de oorspronkelijke verkoop niet worden belast (omdat zij voortvloeien uit het beheer van een normaal voorzichtig en zorgvuldig persoon)?
Of zal de fiscus integendeel oordelen dat de verkoop van één enkel digitaal goed (de NFRT) deel uitmaakt van een zeer speculatief proces dat aanleiding geeft tot een onbeperkt aantal wederverkopen en dus tot meerwaarden, en dat het onderworpen is aan de behandeling van diverse inkomsten die worden belast tegen 33 % (vermeerderd met gemeentelijke opcentiemen), of zelfs, in bepaalde gevallen, aan die van beroepsinkomsten (marginaal tarief van 50 % en socialezekerheidsbijdragen)?
In deze nieuwe materies lijkt het ons dat de drie rechtsbronnen meer dan ooit moeten samenwerken om bij te dragen tot de rechtszekerheid:
- De wet
- Jurisprudentie
- De Doctrine.
Bij gebreke van specifieke verordeningen en jurisprudentiebesluiten blijft, gezien de abnormaal lange termijnen bij de voorbereiding van onze gerechtelijke procedures, slechts de doctrine over om de litigant, of liever de belastingplichtige in dit geval, te verlichten.
Wij trachten derhalve onze gedachten te laten gaan over de invloed van deze nieuwe technologieën op de bij fiscalisten welbekende “trilogie” met betrekking tot de belasting van vermogenswinst bij natuurlijke personen (0%/33%/50% belasting).
Samenvattend zijn wij van mening dat de inkomsten van de oprichter/eerste verkoper van NFT’s moeten voldoen aan de door de administratie en de 3 rechtsbronnen gestelde voorwaarden om binnen het normale beheer van een nalatenschap te blijven EN dat latere wederverkopen door de eenvoudige uitvoering van het SMART CONTRACT:
- de kwalificatie van goed beheer van privé-eigendom geenszins in het gedrang brengen, aangezien het eenvoudige gebruik van moderne technologieën het volgrecht waarin de wet voorziet, automatisch maakt voor de auteurs van plastische werken; en
- Dit betekent echter niet dat wederverkopers van NFT’s worden onderworpen aan belasting als diverse of zelfs beroepsinkomsten, tenzij dezelfde criteria worden toegepast als de oorspronkelijke verkoper en dus elke verkoper van roerende goederen (zie hieronder xxx).
Maar eerst en vooral is het belangrijk een onderscheid te maken tussen INKOMSTEN en ACTIVA.